- Expositie
- Kunsthal
- “Op zoek…”
- Nu
Opmerking vooraf.
In de Kunsthal te Rotterdam is van 30 oktober 2023 tot 3 maart 2024 een indrukwekkende overzichtstentoonstelling te zien van de Chinese kunstenaar Ai Wei Wei. De expositie heeft grote indruk op mij gemaakt, maar heeft mij voor de toekomst niet bepaald optimistisch gestemd. Wij raken steeds meer van elkaar vervreemd.
Ai Wei Wei
In search of Humanity, in search of a Society.
Gisteren, 5 november 2023, was ik in de Kunsthal in Rotterdam. Het was hondenweer. Binnen was het heel erg druk: iedereen wilde het werk van de Chinese kunstenaar Ai Wei Wei zien. Ik zou meer in overeenstemming met het motto van de expositie, ook kunnen zeggen: ai wij wij! (de Griekse klacht in een tragedie “ai”, en “wij” als aanduiding voor onze maatschappij). “Ach, wee wee, wat een maatschappij hebben wij ervan gemaakt!” Want dat is wat er doorklinkt in alle zalen van de expositie. Niet alleen van China, waar Ai Wei Wei gevangen zat, maar ook van ons oude Europa is weinig Humanity en Society over. Ach wee wee, wat een wereld.
- Herinneringen
- Beesten!
- “3 verhalen”
- Vroeger
Opmerking vooraf.
In Beesten leren we het Achterhoekse platteland kennen zoals het was zonder ons huidige grote voorbeeld: Amerika.
Het is onmogelijk de klok een eeuw terug te zetten, ook al zou dat voor ons en de wereld goed zijn. Soms zou je gewoon weer opnieuw willen beginnen. Maar helaas, dat is niet mogelijk. De tijd verstrijkt en nu zul je van die mogelijkheden gebruik moeten maken, die het leven van onze kinderen en dat van de wereld in de toekomst aangenamer en beter zullen maken. Het lijkt erop dat mensen daar weinig toe geneigd zijn.
Beesten
Drie verhalen van afscheid. Ze staan voor veel meer: ze staan voor een afscheid van een economie en maatschappij zoals we die nooit meer zullen kennen. Net als er vlak na de Eerste Wereldoorlog zich een kentering heeft voorgedaan, waardoor oude maatschappelijke verhoudingen definitief anders kwamen te liggen, vindt er ook zo′n verandering plaats na de Tweede Wereldoorlog: de schaalvergroting. De kentering van voor de Eerste Wereldoorlog is prachtig beschreven in alle toonaarden door Thomas Mann; de veranderingen na de Tweede Wereldoorlog hebben zo′n schrijver nog niet gevonden. Dat hangt samen met dat ook het schrijverschap een gooi naar de massaliteit deed zoals zich dat heeft voorgedaan in het boerenbedrijf, de industrie, het onderwijs en de zorg etc.
- Een familiegeschiedenis
- Vanwaar kom ik?
- “Genealogie”
- Intense Interesse
Opmerking vooraf.
Selma ontdekt de ingewikkelde weg die haar familie heeft afgelegd om bij haar zelf uit te komen. Met onderkoelde humor en compassie zoekt zij elke hindernis op de weg van het verleden in een lange hordenloop één voor één te nemen. Achteraf is het lang niet altijd zeker wat er gebeurd is, maar dat maakt het verhaal dat je maakt van je familiegeschiedenis er niet minder interessant op.
De zoektocht naar haar familieverhaal is nog niet af. De vraag is of je zo′n verhaal ooit als voltooid kan beschouwen. Nu ik mijn eigen familiegeschiedenis aan het schrijven ben, verbaast het mij hoe ik een volslagen verkeerd beeld had van de verhoudingen tussen de familie van mijn vader (arm) en die van mijn moeder (traditioneel, rijk). Ook in het verhaal van Selma speelt eenzelfde probleem, en misschien speelt het wel in alle families?
Een zondag in juli
Van zijn moeders verhalen wist mijn vader dat de boerderij aan het Zwinderse Kanaal stond. Hij had daar in de omgeving rondgefietst en mensen die aan het kanaal woonden aangesproken. Ook had hij bij de gemeente geïnformeerd om te weten te komen, waar de boerderij precies had gelegen. Zonder resultaat.
- Gedichten van Anita Landa
- Aardse verwondering
- “Gedichten”
- Vertederende schoonheid.
Opmerking vooraf.
Wie dit leest, leert een vrouw kennen met een grote compassie voor alles dat leeft. Het leven is heel dichtbij en het leven is kort: in een wip is het voorbij. Daarom is het beter elke plaats, elk moment, en elke ontmoeting te koesteren. In alles proef je Het menselijk tekort of zoals de Fransen zeggen: La condition humaine. Gaat het bij Het Menselijk tekort om het woord van de daad, bij Anita gaat het om het woord van het beschouwen, het zien.
Onderstaand gedicht is er één van de honderdvijftig gedichten, die Anita heeft geschreven. Als je klikt om er meer te lezen, staan er 14 gedichten van haar hand op deze website te lezen. De overige 136 heb ik thuis en wachten tot iemand mij bijvoorbeeld via het Gastenboek (en vervolgens ‘schrijf je verhaal’) vraagt om meer gedichten van haar te publiceren. De veertien gedichten op deze website zijn geselecteerd, omdat ze min of meer bij elkaar passen. Ze zijn niet geselecteerd, omdat ze kwalitatief beter dan de andere gedichten zouden zijn. Wie ben ik om dat te kunnen beoordelen!?
Bezienswaardigheid
De chimpansee wordt druk bezocht
doch weet zich te vervelen
hij zit gelaten in een hoek
zijn tenen te bespelen
verlepte sla hangt uit zijn mond
hij kijkt mij treurig aan
alsof hij woorden zocht
voor wat verkeerd geschapen was
de vijand loopt in vrijheid rond
de vriend kwijnt achter glas.
- vluchteling
- Gourougou
- “verhalend verslag”
- Motivatie?
Opmerking vooraf.
Het volgende verhaal is uit de mond van Jean-Paul Dzoukou-Newo opgetekend door pater Joseph Lépine. Joseph Lépine verbleef zijn hele leven lang in het oosten van Marokko, in het gebied langs de Algerijnse grens. 9 Jaar nadat hij dit verhaal in een merkwaardig compacte bijna Tacitus-achtige stijl opschreef, is hij overleden. In de stijl zou je ook gecombineerde Franse en Arabische stijlen kunnen onderscheiden, die doen denken aan de stijl van Tahar ben Jelloun. Daarnaast versta ik onder de nieuwe literaire vorm “verhalend verslag” dat hij een verhalende dialoog met de Ander weergeeft, een vorm die ik nog niet kende. Het leest soms een beetje lastig, maar eenmaal in het goede ritme leest het eigenlijk als vanzelf. Dat is het geval met de Franse tekst, en niet met mijn vertaling in het Nederlands. Vandaar dat ik door het openen van een Popup de lezer de mogelijkheid bied om de vertaling met het origineel te vergelijken.
In de Marokkaanse stad Oujda, dichtbij de gesloten grens van Algerije, was Joseph Lépine verantwoordelijk voor de katholieke parochie van deze streek. In de jaren 70 namen veel studenten hun toevlucht bij hem op de vlucht voor het regime. Geleidelijk aan vulde de kerk zich met vluchtelingen uit de streken ten zuiden van de Sahara. Zijn visie en de manier waarop hij vluchtelingen — waar dan ook vandaan en om welke reden dan ook— opving, is goed op te maken uit onderstaand fragment. Joseph Lépine overleed 22 november 2014 in Nantes. Hij heeft bekendheid gegeven aan schrijvers als Brick Oussaïd, die ook in Nederland enige bekendheid geniet door het stripalbum onder de naam “De papavers van het Oosten” (een vertaling en bewerking van “Les coquelicots de l′Oriental”. Ook stimuleerde en begeleidde hij het werk van de Franse sociologe Yvette Katan.
Lépine′s aandacht ging uit naar wat jongeren bewoog en hij wilde ze beter op hun toekomst voorbereiden. Hij is één van de weinigen die het jongeren-probleem in ontwikkelingslanden zag aankomen. Hij probeerde dit probleem te verwoorden, zonder te veroordelen of aan te moedigen. Hij probeerde een zinvolle toekomst voor deze jongeren richting te geven. Een voorbeeld van zijn aanpak valt uit onderstaand fragment op te maken. De plannen die Europa heeft met Afrika en Klein Azië blijken een lange voorgeschiedenis te kennen, die al teruggaat op onze minister en latere UN-ambasadeur voor Vluchtelingenzaken, dhr. Lubbers. In het hier niet vertaalde en ook niet gepubliceerde nawoord van “Une marche en liberté” komt deze voorgeschiedenis van ons vluchtelingenbeleid uitgebreid aan de orde. Mocht er belangstelling voor een vertaling hiervan zijn, laat het me dan weten via het Gastenboek.
Gourougou.
Het is tijd om te vertrekken uit Algiers, via Oran, Marnia. Daar, aan de rand van een Wadi (een rivierbedding) verblijven veel jongeren om de oversteek naar Spanje, via de Middellandse Zee te wagen.
Binnenkort is het bijna twee decennia geleden dat de grens met Algerije is gesloten en die situatie duurt nog steeds voort. Echter, niets, is waterdicht. De oversteek naar Marokko vindt illegaal plaats via bergpaden. Historisch zijn de omgeving van Algerijns Oran en de streek in het oosten van Marokko nauw aan elkaar gelieerd, ze hebben veel overeenkomstigs, ze delen referentiecriteria: familiebanden, een goed georganiseerde smokkel die de tand des tijds heeft doorstaan.
- IS in Palmyra
- Paranoia
- “Essay”
- Waarom?
Opmerking vooraf.
In dit essay verweef ik het korte verhaal van de overleden schrijver WF Hermans met het oponthoud van IS strijders in Palmyra (Syrië). Dit essay probeert de naïviteit ten aanzien van IS te bestrijden. Op de achtergrond spelen grote belangen, waarvoor jongeren verblind door het geloof van de ouderen weinig oog hebben.
Palmyra, omdat de actualiteit het eist.
Hieronder komen grote problemen, grote woorden en grote gebeurtenissen aan de orde. Soms kun je die illustreren aan de hand van een tamelijk gedetailleerd onderzoekje. Dit levert een bepaald inzicht op, maar zeker niet het laatste inzicht. Een laatste inzicht is in deze materie ook niet mogelijk. Op deze bewering zal ik op het eind van mijn betoog nog eens terugkomen, omdat ze de essentie ervan aangeeft. Aan de hand van een kort verhaal uit de verhalenbundel Paranoia van de overleden schrijver W.F. Hermans wil ik de motieven en toekomstverwachtingen van jongeren die naar Syrië vertrokken en vertrekken verduidelijken. Misschien levert het inzichten op waardoor dit probleem niet meer naïef benaderd en vereenvoudigd terzijde wordt geschoven. En misschien levert het inzichten op die helpen om er beter mee om te gaan.
- Rotterdam, de Hongerjaren (WO-2)
- autobiografische novelle-roman
- “Roman”
- De jaren ′40-45.
Opmerking vooraf.
In deze fragmenten komt een Rotterdams meisje aan het woord dat vertelt over haar waarschijnlijk meest levensbedreigende levensfase. Mevrouw Barendregt heeft dit verhaal zó opgeschreven dat we meteen ons herkennen in haar Rotterdamse taalgebruik. Prachtig, Rotterdams, kan niet mooier. Taalkundig is dit verhaal net zo interessant als het verhaal van Jean Genet voor Sartre, of ‘Hurricane’ Rubin voor Bob Dylan. Alleen in Nederland halen zulke schrijvers niet de voorpagina′s van het nieuws of de belangstelling. Niet alleen de vorm ––uniek taagebruik––, maar ook de inhoud is bijzonder. Ik heb het einde van het verhaal hier opgenomen, omdat ik Mevr. Barendregt alle respect wil betonen voor het doorbreken van een taboe over het aantal mensen dat na de Tweede Wereldoorlog vrijwillig de dood heeft verkozen boven een door hen als zinloos ervaren toekomst. Een logisch gevolg van elke oorlog is dat het gekneveld zijn door honger en dictatuur een reactie oproept vergelijkbaar met het Stockholm syndroom. Hiervoor vraagt dit verhaal uw aandacht.
Zojuist heb ik mijn boek voltooid, ik heb het acht en veertig jaar gelezen (22-10-1992).
Eigenlijk had Jopie Pietje altijd al een vervelend, onbetrouwbaar ventje gevonden. Op dit moment zou ze het liefst keihard tegen hem willen gillen: “Vuile gluiperd ”. Want ook nu weer. Telkens als ze vroeg: “Hoeveel geld heb je nou”, bleef hij vaag en deed hij afwezig. Alsof het om iets onnozels ging! Je kon hier in Groningen voor betrekkelijk weinig geld heel wat kopen. Een halfje brood kostte hier vast geen veertig gulden zoals in Rotterdam. De leiding van de boot had het immers zelf gezegd dat hier best nog wel wat te koop zou zijn. Jopie geloofde dat ook stellig. Je hoefde maar een paar dingen na te gaan. Ze hadden deze reis anders nooit hoeven te ondernemen. Je brengt toch geen groep uitgehongerde kinderen van de ene stad naar de andere als je er niet zeker van bent dat daar wél voldoende te eten is. En het feit dat ze vrijwel direct bij aankomst van de boot de stad in mochten, sprak toch ook voor zichzelf. Stel, dat de winkels hier net zo leeg waren als in Rotterdam, nou dan stonden ze al gelijk mooi voor leugenaar. Er werd weliswaar gezegd: “Dan kunnen jullie mooi even de benen strekken”, maar dat sloeg nergens op vond Jopie. Tijdens de reis hadden ze tien dagen met gestrekte benen in het stro gelegen.
- De fluwelen bezetting
- Actionwriting
- “toneelstuk”
- De jaren ′70.
Opmerking vooraf.
Dit verhaal is anders dan andere verhalen. Wie dit leest zal zich regelmatig groen, blauw en rood ergeren. Pas in de laatste link in het verhaal (De Hakselmachine) wordt duidelijk, hoe dit verhaal tot stand is gekomen. Het laat met een schok zien dat het oordeel van de een over de ander niet kosteloos is. De hoofdfiguur komt alleen te staan in een naar mijn idee rechtvaardig streven naar erkenning. Deze “apartheid” kwam niet alleen door hem zelf, maar ook door de reacties van die mensen die hem oorspronkelijk op handen droegen.
Ontmoeting.
Ik zit op onze kamer in Utrecht. E. en ik zijn uit Amsterdam verhuisd naar een studentenflat. De kamer is klein. Rood-zwart gestreepte gordijnen voor de ramen, oranje vloerkleed op de grond, groene deken over het tweepersoonsbed, bruine doek als scheiding tussen bed en wasbak, witte muren met een plaat van Boeddha aan de rechter wand, welke de minst zichtbare muur is vanaf de plaats van binnenkomst, de enige deur van de kamer.- Doosje.
- Gedicht-2
- Wordt vervolgd.
- Angst.
Opmerking vooraf.
De opmaak van dit gedicht is in een ander lettertype en de achtergrond ervan is een plaatje. Dit maakt het lezen van het gedicht er niet gemakkelijker op. De bedoeling van de opmaak was dat je met meer aandacht leest wat er staat, maar misschien maakt het het lezen zelfs onmogelijk. Wie moeite heeft het gedicht te ontcijferen, kan naar de optie afdrukken of print gaan. In het afdrukvoorbeeld dat je dan te zien krijgt is de speciale opmaak weg en is de tekst gemakkelijker leesbaar.
Little box.
Y
ou tell me your truth
You would like to put me in a little box
So you can open it to see me smile.
Little do you know:
I am waiting in my little box
For you to do your special little knock
- Gibellina.
- Verhaal I
- Sicilië
- De aardbeving.
Als de grond onder je voeten schudt.
Toen wij ′s avonds, augustus 1971, in Gibellina aankwamen, waaide er een stevige bries over de asfaltweg, die het groezelige barakkendorp van links naar rechts doorsneed. De twee “vrije” jongens in onze groep waren al wat eerder aangekomen en hadden alvast brood voor zichzelf gekocht in de veronderstelling dat de anderen die dag wel niet meer zouden arriveren. Eva en ik waren daarover kwaad, omdat we warm hadden willen eten. Terwijl ook het zenuwachtige heen en weer gepraat van de anderen die ondertussen voor het gebouwtje van de carabinièri afgezet waren, ons irriteerde. Wij dachten aan volgens ons nuchterder dingen, zoals: waar kun je je tent neerzetten, eten en ……tot rust komen.
- Gibellina
- Verhaal II
- Sicilië
- Een andere invalshoek.
Opmerking vooraf.
Dit verhaal is een andere invalshoek op het verhaal hierboven over Antonia en het vervolg hierop Guiseppe. Zó zou deze website idealiter moeten werken: het ene verhaal roept een ander verhaal over eenzelfde Life Event op. Lezers krijgen op die manier een vollediger beeld van wat er eigenlijk zich heeft voorgedaan. Het ene is meer een verhaal (niet altijd even waarheidsgetrouw) het andere is meer een verslag (en doet daarmee meer recht aan de gebeurtenis) an sich.
Naschokken.
Een kladblaadje op het prikbord van de Academie bracht ons op het idee in de lange zomervakantie van 1971 naar Sicilie te gaan. Villa “La Barca” wilde graag onderdak bieden aan toekomstige kunstenaars. Voor verdere informatie stond Tommaso op het Rembrandtsplein tijdens Koninginnedag. Wie Tommaso was en hoe hij eruit zag, wisten wij niet. Een man had een leren vliegenierskap over zijn kop getrokken, maar zag er desondanks voor ons Italiaans genoeg uit. Aan zijn voeten stond een beeld van zijn hand: Manneke Pis die waterde over een parel in een oester. Het statement was niet bijster subtiel. Tommaso vertelde dat hij zijn opleiding tot beeldhouwer in Rotterdam had genoten. Hij sprak goed Nederlands met een rond mediterraans accent. Wij waren van harte welkom in Cefalu.